Op zaterdag 23 juni om 14.00 is in de aula van het Vossius Gymnasium te Amsterdam De man met het mes gepresenteerd, een verhalenbundel geschreven door de leerlingen van klas 4A. De jonge auteurs lazen voor uit eigen werk, signeerden hun boek, Daan Heerma Van Voss nam het eerste exemplaar in ontvangst.

Uit het voorwoord:
‘Het is heus niet gemakkelijk om over jezelf te schrijven als je vijftien of zestien jaar oud bent. Want wat is dat, ‘jezelf’? En is dat ‘ik’ van je niet eerder een proces dan een constante, vooral als je nog zo jong bent en je elke dag heen en weer wordt geslingerd tussen degene die je gisteren was, vandaag bent, en morgen nog moet worden? Misschien dat verzonnen verhalen kunnen helpen om toch iets te zeggen over dat wonderbaarlijke, veranderlijke ‘ik’ van je. Ze geven je de kans om je te verstoppen achter een bedacht personage, schenken je vrijheid, maar schermen ook af wat te kwetsbaar is en niet bestemd voor vreemde ogen.

De opdracht die de leerlingen van klas 4A kregen, was: schrijf drie verhalen waarin je uitgaat van een ware gebeurtenis uit je eigen leven, en leng dat aan met fictie. Het eerste verhaal moest zich afspelen in het verleden, het tweede in het heden en het derde in de toekomst. Het beste van de drie verhalen zou uiteindelijk in dit boekje terecht komen. Een maand of drie hebben we aan dit project gewerkt. Sommige leerlingen begonnen meteen te typen, andere hadden een paar lesuren nodig om op gang te komen. Maar uiteindelijk is iedereen tot iets gekomen. De een bracht de fictie aan als een dun laagje vernis, de ander ging radicaler te werk en zorgde ervoor dat er van de oorspronkelijke autobiografische aanleiding niet veel meer is terug te vinden. Toch geven alle verhalen iets prijs van hun auteur, of hij nu fantaseert over zijn naderende presidentschap van Venezuela, of zij doodeerlijk beschrijft wat ze voelt als ze voor de spiegel staat. De een filosofeert over de vraag ‘wat geluk is’, de ander beschrijft een achtervolging in een dakgoot, een volgende heeft het over pesten, een val met een parachute, de dood van een moeder. De verhalen zijn divers, maar altijd interessant.
‘Ik lieg de waarheid,’ zei Harry Mulisch al. En voor iedereen die het wil zien: in al deze min of meer verzonnen verhalen zit heel wat ‘waarheid’ verstopt.

Ik ben heel trots op de leerlingen van klas 4A en hoop dat hún boek een succes wordt.

Henry Sepers
mentor en leraar Nederlands’