In Nederland was er een maandenlang gesteggel over de locatie van het historisch museum. In Berlijn is de geschiedenis gewoon te vinden waar ze hoort: op straat. Op grote panelen die staan opgesteld bij Checkpoint Charlie wordt het verhaal van de muur verteld. Op dezelfde wijze kom je de Tweede Wereldoorlog tegen op een kaal stuk terrein bij de Potsdammer Platz : de Topographie des Terrors, de plek waar vroeger de hoofdkwartieren waren gevestigd van de SS, de SD en de Gestapo.
Zo gaat het blijkbaar bij het verwerken van het verleden: na de bevrijding door de geallieerden (zo noemen ze dat nu in Berlijn) werden de gebouwen van Heydrich, Müller en Himmler zo snel mogelijk met de grond gelijk gemaakt. Men wilde elke verwijzing naar het duizendjarig rijk wegvagen. Nu wil men vooral niet vergeten: in de open lucht, overgeleverd aan een omgekeerde Nacht und Nebel, staan de manshoge portretten van de nazibeulen. Er zijn ook foto’s van gehangenen, van de kampen, van executies.
Vlakbij de Brandenburger Tor is sinds een paar jaar het Holocaust Denkmal te vinden. Rechtopstaande blokken van verschillende grootte bedekken een stuk grond met de oppervlakte van een flink plein. Het monument is een doolhof van grafstenen. Maar het bijzondere is, dat er niet de stilte van het kerkhof heerst, maar dat het leven er vrij spel heeft. Over golvende paden kun je een wandeling maken tussen de stèles. Kinderen spelen verstoppertje. Er wordt geroepen en gelachen. Op een trap bij het onder de grond gelegen documentatiecentrum zag ik een condoom liggen.
Bij de oude grensovergangen tussen Oost en West is het een vrolijke boel. Hier is de geschiedenis commercie geworden. Voor een paar euro kun je een ‘Trabantsafari’ maken. Studenten staan verkleed als grenssoldaten op de Pariser Platz en laten zich fotograferen met toeristen. Je kunt ook een origineel Oost-Duits stempel in je paspoort laten zetten. Aan een overgebleven stukje muur hangt een plakkaat van een slachtoffer van de Stasi: hij kondigt aan dat hij elke dinsdagochtend aanwezig zal zijn om zijn in eigen beheer uigegeven biografie te signeren.
Berlijn zit nog vol gaten. Er wordt in rap tempo gebouwd, maar de stad is te gewond geraakt om in zo’n relatief korte tijd te kunnen helen. Daarbij komt dat men heeft ontdekt dat het niemandsland van weleer een grote ecologische waarde vertegenwoordigt: in de tijd van de muur hebben zich hier zeldzame planten en insecten gevestigd. Zo levert de deling van de stad ook nog iets op.
In de afgelopen twintig jaar hebben grote delen van Oost-Berlijn een complete make-over gekregen. De socialistische woonblokken langs de Karl-Marx-Allee blijken opeens prachtig te zijn. Prenzlauer Berg is hip. De 19e eeuwse gevels zijn schitterend gerenoveerd. Wel zijn de pasgeverfde muren van de huizen opvallend vaak beklad met graffiti. De wraak van de oude bewoners, die zijn verjaagd door West-Berlijnse kunstenaars, studenten, cyberkids?
Panta Rhei, zei Heraclitus, alles stroomt. Maar er keert ook veel terug. Het verleden is als een virus dat telkens weer de kop op steekt. En dan moet je het behandelen. Of openlijk laten uitwoeden. In Berlijn is men in beide opvallend goed.
Geef een reactie