OVER IN DE OGEN VAN DE GOD VAN HENK VAN DER WAAL

Henk van der Waal is een moedige dichter. In zijn poëzie zet hij zijn eigen ik, zijn zelf, op het spel en dat maakt kwetsbaar. In zijn nieuwe bundel In de ogen van de god gaat hij verder op de weg die hij met Zelf worden (2010) is ingeslagen: de exploratie van het Zelf, het onbestemde, het innerlijk gebied dat in vroeger tijden geassocieerd werd met de ziel of het goddelijke, en dat de dichter voor de moderne mens wil heroveren. Hij doet dat met overgave, zonder de postmodernistische angst voor grote woorden. Ironie en drang tot relativering is hem vreemd. Je kunt de dichtkunst natuurlijk gebruiken om op charmante wijze je observaties van alledag te formuleren, maar deze dichter wil meer. Als hij diep in zich zelf afdaalt, neemt hij de risico’s van een alpinist. Tastend zoekt hij de bergwand af naar houvast. Elk moment kan hij zijn grip verliezen en een doodsmak maken. Lees verder>>